 Ik heb nog wat restjes stof over van mijn grote 365 Challenge quilt. Daar wil ik een 40x40 cm groot kussen van maken. Een applicatie lijkt me wel leuk. |
 Voor het maken van dit kussen heb je een aantal zaken nodig. Ten eerste natuurlijk wat restjes stof. Zoals je kunt zien zit de meeste stof in de achtergrond van het kussen. Hiervoor heb je ongeveer een halve meter nodig. Naast de grote lap voor de achtergrond heb je nog minimaal 6 verschillende restjes stof nodig. Bij deze techniek wordt gebruik gemaakt van Freezer papier. Freezer papier heeft een glimmend plastic laagje aan een kant. Door het papier met die kant op de stof te leggen en met een warme strijkbout goed te persen blijft dit aan de stof hangen. Het Freezer papier laat makkelijk weer los en er blijven geen lijmresten achter. Natuurlijk heb je ook nog het patroon van dit kussen nodig. Dat patroon kun je hier downloaden. |
 Voor het overnemen van het patroon op het freezerpapier is carbon papier erg handig. Je kunt eenvoudig zwart carbon papier uit de kantoorboekhandel gebruiken. Ik heb nog wat gekleurd carbon papier van Burda liggen, dat gebruik ik. Ook een papierschaar en een potlood met een harde punt heb je nodig. Ik gebruik hier een vulpotlood. Om het grote patroon op de achtergrond stof over te trekken gebruik ik verder nog een speciale stift. Deze verdwijnt als hij vochtig wordt. Er zijn verschillende soorten van dit soort stiften. Je hebt ze ook die verdwijnen als je er met de strijkbout overheen gaat. Dat is wat minder handig omdat je misschien af en toe tussen door je patroon wilt strijken. |
 Als je het patroon gedownload hebt print je het uit. Let goed op dat je zeker weet dat je het patroon niet schaalt. Dan kloppen de maten straks niet meer. De kleine stukjes neem je een voor een over op de ruwe kant van het freezerpapier. Dit kun je het eenvoudigste met carbonpapier doen. Teken gewoon over de patroontjes met het potlood. Zorg dat je hard genoeg drukt anders komt het patroon niet goed over. Als je goed oplet zie je dat je alle stukjes in spiegelbeeld hebt nu. Dit staat ook bovenaan het patroon dat je gebruikt (pagina 10 en 11) |
 Door een beetje met het patroon te schuiven kun je alle stukjes zo dicht mogelijk op elkaar overnemen. Als het carbon papier op enkele stukjes niet duidelijk is dan werk je dat met het potlood een beetje bij. |
 Als je alle stukjes op het freezerpapier hebt overgenomen moeten ze nauwkeurig uitgeknipt worden. Knip zo netjes mogelijk. Ik vind het zelf wel handig om alle stukjes in een bakje te bewaren. Sommige stukjes zijn erg klein en raak je makkelijk kwijt. |
  Als je alle stukjes netjes hebt uitgeknipt plak je de twee patroondelen van de haan netjes aan elkaar (pagina 8 en 9). De haan moet op de achtergrond stof overgenomen worden. Ik heb hier lichte cremkleurige stof voor gekozen. Je kunt dit met een lichtbak doen maar als je die niet hebt werkt deze methode ook heel goed:
|
  Kies voor alle stukje die je uit het freezerpapier geknipt hebt een restje stof uit en strijk het freezerpapier op de achterkant van de stof. De glimmende kant van het papier komt op de achterkant van de stof te liggen. |
 Nadat je de patroondeeltjes op de stof hebt gestreken knip je ze uit met een naad van ongeveer 1/4 inch of 5 á 6 mm zoals je op de foto hiernaast. |
  Het lapje wordt nu eerst in vorm geperst en daarna op de juiste plek op de achtergrond genaaid. Om het lapje goed in vorm te kunnen persen worden in rondingen knipjes gegeven. De knipjes raken net de mal niet. Hoekjes knip je schuin af maar ook niet helemaal tot de rand van de mal. Inhammen krijgen net als ronde lijnen een knipje tot vlak voor de mal. Voor het ompersen werkt een mini strijkboutje zoals hiernaast te zien is erg goed. |
 Hiernaast zie je een voorbeeld van hoe je de knipjes zou kunnen geven. Hoe meer knipjes hoe mooier je een ronding in je lapje kunt persen. Als je de knipjes helemaal tot aan de mal geeft dan kun je hier soms een gaatje krijgen. Daarom kun je het beste tot vlak voor de mal knippen als dat lukt. |
 Je kunt de stukjes nadat je ze ingeknipt hebt makkelijk om de mal heen naar binnen vouwen en persen. Als de puntjes niet goed blijven zitten of er nog wat stof uitsteekt dan kun je dit bij het vastnaaien nog wel bijwerken. |
 De mal zelf haal je er voor het vastnaaien uit. Sommige mensen laten de mal zitten en maken in de achterkant van de stof een knipje als alles klaar is. Hierdoor peuteren ze dan de mal naar buiten. Ik vind dat zelf niet plezierig en dus haal ik de mal er gewoon voor het vastnaaien uit. Omdat de vorm van de haan ook al op de achtergrond stof is overgenomen kun je goed zien hoe de uiteindelijke vorm van het lapje moet worden. |
 Als je het lapje in vorm hebt geperst leg je het op de juiste plek op je patroon. sommige delen overlappen elkaar zoals hier de onderkant van de donkere hanekam. Ook de rechterkant en de onderkant van het lapje van de snavel vallen onder een ander lapje. Deze stukjes hoef je niet in vorm te persen. Je naait ze met een rechte steek vlak langs de naad vast op de ondergrond. Nadat je de overige lapjes er op hebt genaaid vallen de rechte steekjes helemaal weg. Je ziet hiernaast dat de onderkant van de kop ook niet in vorm is geperst. Ook hier valt weer een ander lapje overheen. |
 Om de steekjes zo onzichtbaar mogelijk te krijgen gebruik je bij voorkeur een draad met de kleur van het lapje dat je vast wilt naaien. Hecht dit aan de achterkant van je achtergrond of onder het op te naaien lapje vast. Steek vervolgens door het op te naaien lapje vlak naast de rand omhoog. Daarna steek je echt direct naast het lapje omlaag en achter de stof langs schuin omhoog zodat je vlak naast de plek waar je draad uit de stof steekt uitkomt. Je kunt dit op de foto hiernaast goed zien. Op deze manier zijn de steekjes haast onzichtbaar. |
  Sommige lapjes zijn best lastig in vorm te persen. En als je ze dan op de stof hebt gelegd dan blijven ze niet mooi in vorm. De poten zijn hier een voorbeeld van. Dan kan een "Hera marker" van Clover best handig zijn. Hier zit een puntje aan waarmee je stukjes stof weer op de plaatst kunt duwen. Het lijkt een beetje op een plastic boetseerspatel. |
  De volgorde van opnaaien van de lapjes kun je aanpassen als je dat handiger lijkt. Het kan zelfs zo zijn dat je het mooier vindt om ander lapjes bovenop te hebben. Dat maakt niet uit, doe gewoon wat je zelf het plezierigste en leukste vindt. Als je niet goed weet welke volgorde je kunt hanteren kun je de volgorde die ik hier aangeef gebruiken. Na de poten heb ik eerst het lijf vastgezet. Kijk goed naar de foto om te zien welk deel je in model moet persen en wel deel plat mag blijven. Na het lijf ben ik met de staart begonnnen. Je ziet hier dat ik de staart eerst met spelden vastgezet heb. |
  Ook hier zie je weer dat de lapjes met hele kleine steekjes wordt vastgezet. Op de meest rechtste foto zie je dat de staart mooi plat ligt en goed vast zit. Let op, om de steekjes goed zichtbaar te maken is licht garen gebruikt. Gebruik zelf garen in de kleur van het lapje dat je vast wilt zetten. |
   De volgende lapjes die vastgezet worden zijn de rug, de vleugel en hierna de kraag. |
   Hier heb ik achtereenvolgens het oog en nog twee delen van de staart vastgezet. Het begint al een prachtige haan te worden. |
   Nog weer drie stukjes van de staart worden netjes vastgezet. |
   Tenslotte is de haan op 1 stukje na af. Het ziet er echt al prachtig uit, ik ben heel tevreden met de kleuren. |
 Dit is hem dan, de haan is af. Als alle stukjes vastzitten moet je hem even goed persen. Mochten er nog kleine lijntjes van het patroon te zien zijn dan kun je die nu voorzichtig met wat water verwijderen. |
 In het patroon vind je de onderdelen van de rand als sjablonen of als rotary cutting. Het sjabloon voor het middenblok (de haan) bestaat uit twee delen (pagina 3 en 4). Je kunt deze pagina's aan elkaar plakken en gebruiken om de haan mooi netjes in het midden van je kussen te positioneren. Je knipt hiervoor het middelste deel uit de mal, je laat de naadtoegift dus zitten. Nu heb je 2 an elkaar geplakte pagina's met een groot gat in het midden. Schuif dit papier over je lap met de haan tot de haan mooi in het midden van het gat zit. Controleer even met een liniaal of je gat mooi vierkant is en leg zo nodig je papier wat rechter. Nu kun je de vier hoeken op de lap met de applicatie met wateroplosbare stift aangeven. De punten verbind je met een liniaal en de watervaste stift. Je heb nu de stiklijnen van je applicatie op de stof staan. Knip de applicatie met een naad van 1/4 inch uit. Hier zet je de rand met de diamanten aan vast. |
 Hier is ook de buitenste rand met schuine naad om de rand met de diamanten gezet. Je kunt dit met de hand of met de naaimachine doen. |
 Om de haan mooi uit te laten komen wordt de lap op een vulling gelegd, daaronder een onderstof en hierna doorgestikt. Ik heb met de naaimachine vlak langs de buitenkant van de haan gestikt. Hiervoor heb ik garen in de kleur van de achtergrond gebruikt zodat deze niet opvalt. |
 Op sommige stukjes is dit door de kleine bochtjes wel lastig. Naai dus rustig en niet overhaast. Vergeet ook de ruimte tussen de twee pootjes niet. |
 De diamanten rand is op een 1/4 inch vanaf de naad doorgestikt, net als de lange naad van de rand zelf. Je kunt dit op de foto hiernaast goed zien. |
 Als de mini quilt helemaal klaar is dan maak je er nog een achterkant aan. Maak de achterkant uit twee delen zodat je er een kussen in kunt stoppen. Hoe je dat kunt doen staat kort beschreven achteraan in dit artikel. |
 Door een stevig kussen te gebruiken wordt je haan het mooist. |
  Ik heb de haan hier in rode tinten gemaakt maar ook andere kleurcombinaties geven een mooi resultaat. Bijvoorbeeld blauw of meerdere kleuren. |