Ik heb wat Merino lontwol gekocht. Die heb ik in diverse tinten geverfd. Je ziet de wol hier, ze ligt te drogen in de tuin op een droogrek.
Ik wil van de paars-groen-oker wol een paar warme beenwarmers maken. |
Voor ik de wol kan breien moet ik deze natuurlijk eerst spinnen. Je ziet de kleuren van de wol nu goed. Ik heb de lont in tweeen gedeeld, Ik kan nu twee spoelen vol spinnen met elk ongeveer evenveel wol. |
Bij de gesponnen wol zijn de kleurovergangen minder abrupt. De kleuren gaan geleidelijk in elkaar over en er ontstaan ook mengkleuren. |
Als ik twee klossen vol heb en al de wol is gesponnen, twijn ik de draden op de klossen samen tot 1 stevige draad. Deze getwijnde draad is steviger en warmer dan een enkele draad. |
Als ik een klein stukje gebreid heb zie ik al dat ik waarschijnlijk niet genoeg garen heb. Maar het ziet er al wel heel leuk uit. |
Ik besluit wat Shetland wol in passende kleuren bij te kopen. Ik vind gelukkig kleurtjes die ook wel in de zelfgesponnen wol zitten. |
Ik gebruik geen patroon. Ik heb met naalden 5mm 56 steken per been opgezet. Dan brei ik 20 naalden 2 recht/ 2 averecht met de zelfgesponnen wol. Daarna ga ik over op alleen recht breien met de Shetland wol. Ik maak strepen. Als de beenwarmers lang genoeg zijn ga ik weer met de zelfgesponnen wol in 2 recht/ 2 averecht verder. De beenwarmers zijn bijna klaar. |
De beenwarmers zijn af. Ze zijn erg leuk geworden. Ik hoop dat Liza er blij mee is. |